Door verschillende parameters te onderzoeken en te combineren, dragen het inspannings-ECG en de hartecho bij aan de algemene beoordeling van je hart en vaat-gezondheid. Ook helpt dit onderzoek bij het vaststellen van mogelijke risicofactoren. Samen geven de onderzoeken een goed inzicht in het functioneren van je hart, waarbij mogelijke afwijkingen vroegtijdig kunnen worden opgespoord. De resultaten worden door de cardioloog beoordeeld en vertaald naar jouw persoonlijke hart en vaat-risicoprofiel. Op basis van de uitslag krijg je gerichte gezondheidsadviezen voor de toekomst. Hier kijken we naar tijdens de inspanningstest:
Hartfunctie: als het ECG een normaal patroon van elektrische activiteit laat zien tijdens inspanning, suggereert dit dat het hart normaal functioneert onder stress. Dit is een gunstig resultaat.
Zuurstoftekort: de test kan tekenen van verminderde bloedtoevoer naar de hartspier tijdens inspanning aantonen. Zuurstoftekort (ischemie) is echter niet 100% uit te sluiten met deze test. Vooral als je geen risicofactoren of klachten hebt. Een afwijking betekent ook niet dat je met zekerheid zuurstoftekort hebt, maar wel vaak dat er vervolgonderzoek nodig is.
Hartritmestoornissen: het inspannings-ECG kan abnormale hartritmes aantonen die zichtbaar kunnen worden tijdens lichamelijke activiteit.
Inspanningsvermogen: de test geeft informatie over je inspanningscapaciteit en je hart-fitheid. Dit meten we aan de hand van factoren zoals de duur van de inspanning, de hartslagrespons en de algehele prestaties.
Hartslagreactie: abnormale reacties van de hartslag tijdens en na het sporten kunnen wijzen op bepaalde hartaandoeningen of fitnessniveaus. Een abnormale stijging of daling van de hartslag kan bijvoorbeeld zorgen baren.
Bloeddrukreactie: het monitoren van de bloeddruk tijdens de training geeft informatie over het vermogen van het hart-vaat-systeem om gepast te reageren op een verhoogde belasting.
Tolerantie voor inspanning: de test kan je tolerantie voor lichamelijke inspanning beoordelen en eventuele beperkingen vaststellen die verband kunnen houden met de hart- of longfunctie.