Basisstructuur van de Pols
De pols vormt de overgang tussen de onderarm en de hand, en bestaat uit acht kleine botjes, bekend als de carpalia, die in twee rijen van vier zijn gerangschikt. Deze worden omgeven door een complex netwerk van ligamenten, pezen, spieren, en zenuwen. De carpale botjes vormen gewrichten met de twee lange botten van de onderarm: de radius en de ulna, en met de metacarpale botten van de hand.
Gewrichten en Bewegingen
De pols is een veelzijdig gewricht dat een breed scala aan bewegingen mogelijk maakt, waaronder:
- Flexie: Het buigen van de pols richting de onderarm.
- Extensie: Het strekken van de pols weg van de onderarm.
- Radiale deviatie: Het bewegen van de hand naar de duimzijde.
- Ulnaire deviatie: Het bewegen van de hand naar de pinkzijde.
- Pronatie en supinatie: Het draaien van de onderarm waardoor de handpalm respectievelijk naar beneden of naar boven wijst.
Deze bewegingen worden mogelijk gemaakt door de samenwerking tussen de carpale botjes, de spieren van de onderarm, en de pezen die door de pols lopen.
Spieren en Pezen
De polsbewegingen worden aangedreven door spieren die zich in de onderarm bevinden. Deze spieren lopen naar de pols en hand via pezen, die door de carpale tunnel - een nauwe doorgang in de pols - gaan. De pezen van de belangrijkste polsbewegers omvatten de flexor en extensor spieren.
Veelvoorkomende polsaandoeningen
Door zijn complexiteit en de frequentie van gebruik is de pols vatbaar voor verwondingen en aandoeningen:
- Carpale Tunnel Syndroom: Een aandoening veroorzaakt door druk op de mediane zenuw in de carpale tunnel, wat leidt tot pijn, tintelingen, en zwakte in de hand.
- Polsfracturen: Breuken in een van de carpale botjes of in de distale uiteinden van de radius en ulna, vaak het gevolg van een val op een uitgestrekte hand.
- Tendinitis: Ontsteking van de pezen in de pols, wat pijn en zwelling veroorzaakt.
- Ganglion cyste: Een goedaardige, met vloeistof gevulde zwelling die zich vaak ontwikkelt aan de bovenkant van de pols.
Preventie
Het voorkomen van polsaandoeningen begint met het vermijden van overmatige belasting en het handhaven van een goede ergonomie tijdens activiteiten. Regelmatige oefeningen die flexibiliteit en kracht bevorderen, kunnen ook helpen. Behandelingsopties variëren afhankelijk van de aandoening en omvatten rust, ijs, immobilisatie, fysiotherapie, en in sommige gevallen chirurgie.
